In 1925 richtten boeren in het toenmalige Tangabyika (vaste land van Tanzania) de eerste (informele) coöperatie op. Het voornaamste doel van de oprichting was om een gedeelte van de inkomsten bij boeren te houden. De eerste geregistreerde coöperatie was KNCU: Kilimanjaro Native Cooperative Union, die zich in 1933 registreerde toen het ruim 3.300 koffie boeren als leden had, verdeeld over 11 primaire coöperaties. Daarna ging de ontwikkeling van coöperaties snel, in aantal en in omzet. KNCU zag bijvoorbeeld haar leden stijgen tot 15.000 en vergrootte haar volumes “green coffee” in 1966 met 879% t.o.v. 1933!
In de daarop volgende jaren vormden zich meer en meer coöperaties. Coöperaties werden destijds volop gesteund door de koloniale en later de nationale overheid en vooral de agrarische marketing coöperaties domineerden. In 1974 waren er in Tanzania 2.500 primaire coöperaties. Door het succes van de vooral agrarische coöperaties, kwam de landbouwproductie tot record hoogtes.
Na de onafhankelijkheid kwamen er nog meer coöperaties bij, maar vielen er ook meer om door mismanagement of politieke inmenging. Dat was het begin van de neergang van Tanzaniaanse coöperaties. De nieuwe politieke machthebbers waren van mening dat coöperaties en politiek onlosmakelijk met elkaar verbonden waren en gaven daarmee een vrijbrief voor politieke inmenging. Verder werden een aantal federaties ontbonden en als laatste werd in 1970 de Nationale Coöperatieve Bank ontbonden. Samen met de radicale verandering in de politieke agenda naar een socialistisch beleid, werd dit de nekslag voor de coöperatieve beweging. Onder andere de primaire coöperaties en unies werden ontbonden en de activiteiten werden overgenomen door dorpsdistricten en sector autoriteiten. Ondanks het feit dat de regering in 1982 weer toestond om primaire coöperaties op te richten was het kwaad geschied. Veel kwalitatief goed personeel was er niet meer en het moraal van leden was verdwenen. Ook was de veranderde regelgeving tot 2004 niet in het voordeel van democratische coöperaties en de laatste coöperatieve wet heeft onderdelen die coöperatieve ontwikkeling in de weg staat.
Hoe staat de vlag er nu bij? Zonder dat ik uitgebreid statistisch onderzoek heb gedaan, zie je dat de coöperatieve beweging zich aan het herstellen is, hoewel deze nog niet op zijn oude niveau is en ook nog niet op het niveau is van omringende landen. Maar ze nemen een andere route. Ze richten bijvoorbeeld bedrijven op, die wel als een coöperatie georganiseerd zijn, maar die in naam geen coöperatie heten. Ze trekken jong personeel aan, dat ambitieus is en dingen anders wil organiseren. En ze nemen het heft in eigen handen. Ze wachten niet meer op overheidssteun, maar zorgen dat ze zelf in staat zijn om een goede business op te richten en daarmee de inkomens van hun leden te vergroten. Hoewel het proces traag gaat, want leden hebben de slechte ervaringen met coöperaties nog vers in het geheugen, is het wellicht de beste strategie om tot succes te komen en de zeer vruchtbare grond tot waarde te brengen voor de nog steeds vele kleine boeren die van hun stukje land rond moeten komen.
Meer weten over dagelijkse praktijk van het bankabel maken van coöperaties in Oeganda en Tanzania, volg mij via @petrazwart1.