Deze dag bracht de groep door op het kantoor van ABN AMRO in Amersfoort, waar ze uitleg kregen over het leningenbeleid, KPI’s (variabelen om prestaties van ondernemingen te analyseren), liquiditeitsbeheer en financiering. Een van de onderdelen, gepresenteerd door de manager van Kiambaa SACCO, was een presentatie over het dashboard. Op je dashboard kun je in één oogopslag zien waar je naartoe moet, hoeveel benzine je nog hebt en of het oliepeil op orde is. Als je dit vergelijkt met een bedrijf, dan is je navigatie je businessplan dat vertelt waar je naartoe moet. Op je dashboard zie je het aantal nieuwe leden, de liquiditeit, de winst en hoeveel kredieten niet worden terugbetaald. Maar je hebt niet alleen goede rapportages nodig, maar ook bestuursleden die kwaliteiten hebben.
Hans Schoenmakers, directeur agrarische bedrijven ABN AMRO Agriteam Zuidoost Nederland en één van de ABN AMRO-mensen die het programma van die dag faciliteerde, was zeer tevreden over de bijeenkomst. “Iedere SACCO heeft zijn eigen probleem. In Oeganda bijvoorbeeld hebben ze zoveel leden dat de bank bijna niet mee kan groeien. Ik heb hen geholpen een goede prognose te maken. Het belangrijkste deze week is het delen van ideeën en ervaringen. En dat is goed gelukt. Iedereen is continu in gesprek met elkaar.”
Zelf heeft hij ook een aantal dingen geleerd deze dag. Allereerst vielen hem de beleefde omgangsvormen van de deelnemers op. “Ze laten elkaar uitpraten, luisteren en geven feedback. Men heeft respect voor elkaar en iedereen krijgt de ruimte om zijn punt te maken. Dat is in Nederland wel eens anders.” Daarnaast vindt hij het mooi dat in de Afrikaanse landen alles draait om de behoefte van de klant. “Dat ontbreekt nog wel eens bij banken in Nederland. Hier is ook het vertrouwen in de bank een beetje weg. Daar niet. Daar is de bank voor en van de klant. Geweldig!”
Aan het einde van de dag, gaven de voorzitters en managers van alle SACCO’s om de beurt een korte presentatie over hun ervaringen van afgelopen week. Ze lieten unaniem weten dat ze dankbaar waren dat ze deze studieweek mee mochten maken en een ieder gaf aan veel geleerd te hebben.
Elizabeth Christopher Makwabe van de spaar- en kredietcoöperatie uit Tanzania gaf aan: “We hoeven het wiel niet opnieuw uit te vinden, maar kunnen wat we hier gezien hebben, proberen te kopiëren naar onze eigen situatie.” Twee van de punten die ze noemde, waren dat de focus in Tanzania meer op de klantgerichtheid moet komen te liggen. En daarnaast moet kwaliteit voor kwantiteit gaan.
Ook voor Juliet Kyosimire uit Oeganda was de ‘customer focus strategie’ een van de speerpunten. “Je hebt niet alleen werknemers, maar ook klanten en leden nodig om alles goed te laten verlopen.” Bij terugkomst in Oeganda wil ze onder andere het dashboard gaan introduceren, zodat ze de stakeholders kan voorzien van duidelijke rapportages.
David Muhika Mutahi, de voorzitter van de Wakulima SACCO uit Kenia, sprak in zijn presentatie enthousiast en uitgebreid over zijn belevenissen afgelopen week. Hij had gehoord dat veel boeren in Nederland het probleem hebben dat hun kinderen het bedrijf niet over willen nemen omdat je als boer vierentwintig uur per dag aan het werk bent. Maar tijdens het bezoek aan de melkveehouderij afgelopen week had hij gezien dat door allerlei technologieën zoals een melktank en een melkrobot, de boer tegenwoordig heel veel tijd overhoudt voor andere dingen. Dat biedt perspectief voor de toekomst!
Hetgene waar de bezoekers het meeste van onder de indruk waren, was dat in Nederland alles zo ontzettend goed georganiseerd is. John M Waweru van de spaar- en kredietcoöperatie uit Kenia benadrukte dit nog eens in zijn presentatie. Hij vertelde dat zijn hele denken is veranderd door het bezoek aan Nederland. Wat hem ook opviel was dat de mensen van de ABN AMRO en Rabobank zo gepassioneerd vertellen over hun organisatie en hun bestuur. “Als wij in ons land ook zo enthousiast zijn, dan slaat dat over op de leden. En we kunnen vandaag al starten met een beweging in de juiste richting. Zoiets als internetbankieren is ook een mogelijkheid voor Kenia. En dan hebben we het niet over 110 jaar ontwikkeling. Over vijf jaar zijn wij ook zover!”
Na afloop van de presentaties kon er geconcludeerd worden, dat alle deelnemers de studietoer als zeer zinvol hebben ervaren. Ze hebben genoten van het intensieve en afwisselende programma en veel geleerd van elkaar. Met een koffer vol met kennis gaan ze terug naar huis. “Up to the next level!”